Countertenor Jaroussky koos elf aria's uit barok-oratoria, allen in het Italiaans, waarvan er vijf nog niet eerder werden opgenomen. Ze komen uit een tijd waarin de kerk weinig ophad met opera en componisten als Scarlatti en Händel uitweken naar het oratorium, dat niet zelden verdacht veel op opera ging lijken, maar dan met Bijbelse thema’s. Händel is niet de enige Duitser in dit gezelschap. Van Johann Adolf Hasse nam Jaroussky ‘Si, solo a ti, Dio’ op, waarin hij zeer overtuigend zijn niet geringe talent inzet om de volkomen emotionele diepte van dit stuk van niet veel meer dan drie minuten over het voetlicht te brengen. Naast aria’s van minder bekende namen als Chelleri, Torri, Fago en Marcello is het aangrijpende E morto il mio Gesù van Caldara een waardige afsluiting.