En zo gingen de heren, na de zeer geslaagde reünie van Daryll-Ann, weer ieder huns weegs. Na Jelle Paulusma komt nu Anne Soldaat met nieuw werk. Die besloot het voor zijn derde solo-plaat over een andere boeg te gooien. De eerste twee nam hij met Jason Falkner op in Los Angeles, nummer drie deed hij zelf in Amsterdam. Letterlijk zelf, want hij speelde de meeste instrumenten in. Zonder de powerpop-invloed van Falkner laat Anne Soldaat zich hier van een ingetogen kant zien; hij noemt het wat spottend zijn ‘kampvuurplaat’, maar dat is ironisch natuurlijk. Talks Little, Kills Many is weliswaar een zachtaardige plaat, maar wel een die barst van de prachtige liedjes, vaak subtiel aangekleed met strijkers. En met de dwarsfluit van Barry Hay, die lekker tekeer gaat op The Island Man. De plaat opent plechtig met Boarding Ship, gevolgd door het laidback klinkende Soft Stop. De mooiste nummers komen op het eind: Gates Of Pearl, Feet Underground (dat op een plaat van Daryll-Ann had kunnen staan), Totally Mad en vooral A Smile In Return (met een prachtige strijkerspartij in het refrein) zijn stuk voor stuk pareltjes. Mooie songs zijn in goede handen bij Anne Soldaat, dat blijkt maar weer.