Zelf noemen ze het een nieuw concept in de kamermuziek. Dat is misschien iets te veel eer, zeker vanwege de gelijkenis met de overrompelende muziek waarmee het Turkse Taksim Trio enkele jaren geleden debuteerde. Maar het samenwerkingsproject van ûdspeler Ara Dinkjian, qanuntokkelaar Tamer Pinarbasi en klarinettist Ismail Lumanovski doet nauwelijks onder voor de Turkse voorgangers. Ook hier lyrische en melodieuze composities met een oosterse inslag, fijnzinnig en gloedvol vertolkt.
De eerste associatie is met klassieke Ottomaanse en Arabische muziek, maar deze mannen brengen alle drie een rijke ervaring mee vanuit jazz, rock, westers klassiek en zigeunermuziek. Al die invloeden worden subtiel verwerkt, met als gevolg dat de muziek zich meer nog dan bij het Taksim Trio onttrekt aan lokale clichés. In plaats van te wedijveren in virtuositeit wordt er respectvol samengespeeld, altijd gedienstig aan het grotere geheel. Van de net iets te gemakkelijke sentimentaliteit, waardoor Dinkjians projecten soms worden geplaagd, is gelukkig niets te merken.