Niccolo Paganini componeerde zijn 24 caprices tussen 1802 en 1817. Elk heeft een etude-achtige opbouw waarin een viooltechnisch probleem behandeld wordt. Als je alle 24 caprices goed kunt uitvoeren, heb je in principe een perfecte viooltechniek. Dit geldt dan ook zeker voor Julia Fischer. Met deze opnames wil Fischer bewijzen dat in elke caprice naast virtuositeit ook veel muzikaliteit en emotie zit. Veel violisten neigen ernaar dit te vergeten en focussen op virtuositeit en snelheid. Fischer slaagt wonderwel in haar opzet. Caprice 5, bekend vanwege ondermeer zijn hoge snelheid, wordt sprankelend uitgevoerd. Caprice 6 wordt met haar perfecte gevoel voor spanningsopbouw ontroerend uitgevoerd. Met deze cd bewijst Fischer dat virtuoze werken in haar handen ontroerende muziek wordt!