Toen mijn dochtertje eindelijk binnen de lijntjes kon kleuren, was ik apetrots. Nou was ik dat bij ongeveer alles, maar dat terzijde… Als muzikanten binnen de lijntjes kleuren wordt dat vaak als kritiekpunt gebruikt. ‘Beige muziek’ hoor je daarna meestal in één adem. En ik weet wel zeker dat door sommigen de muziek van Sam Fender zo weggezet wordt. Onterecht wat mij betreft! Deze 30-jarige Brit brengt met zijn derde studioalbum ‘People Watching’ niets nieuws; hij gaat gewoon verder waar hij met ‘Seventeen Going Under’ (2021) gebleven was. Maar daar is wat mij betreft helemaal niks mis mee. Ik eet ook al jaren dezelfde salmiakbollen en ik hoop dat ze aan de smaak en samenstelling van die dingen nooit wat gaan veranderen! De titel track (in samenwerking met War On Drugs frontman Adam Granduciel) zet meteen de toon voor wat weer een superlekker album blijkt te zijn. Heerlijk rockende songs, afgewisseld met een paar kwetsbare ballads. Sterke melodieën gegoten in minstens zo sterke arrangementen, en dat dan 12 nummers lang. De teksten schieten weldegelijk over heel wat lijntje heen en zijn maatschappelijk relevant, betrokken en soms heel persoonlijk. Hoogtepunten voor mij de rockers ‘People Watching’ en ‘Chin Up’, en het superkwetsbare maar o zo mooie ‘Remember My name’. Hier gaan weer veel fans van smullen. En dat er veel fans zijn, blijkt wel uit het feit dat de aanstaande shows in 013 en Afas binnen een kwartier waren uitverkocht (ik greep natuurlijk weer overal naast…) ‘People Watching’ is binnen al die lijntjes een prachtig werkstuk geworden. Fender kan apetrots zijn! (Gert van Engelenburg)