Revolution Comes In Waves, het tweede album van de Poolse band Izzy and the Black Trees, eindigt met een punk-uitbarsting van 30 seconden en een tekst over de verslaving aan snoep. Je kunt het zien als een statement, een duiding waar het viertal vandaan komt. De liefde voor korte puntige punkliedjes is intussen wel geëvolueerd, want op hun tweede plaat laten Izzy Rekowska en haar drie bandgenoten zien intussen veel meer in hun mars te hebben.
Het album opent met twee stevige liedjes waar je de invloed van het succes van Idles vanaf kunt schrapen. Het is gemaakt met een punkattitude, onaangepast en agressief in de wijze van uitdrukken. Het stampt en schuurt. Maar al snel verdwijnt die indruk en komen er meer dimensies in het werk van de Polen. Devil On The Run is een nummer dat veel meer lucht toelaat en meer neigt naar poprock. Al is de band niet heel sterk in het schrijven van pakkende zangmelodieën: ze pakken je vooral met hun energie en intensiteit. Ook als het wat meer duister wordt en klanken van Joy Division in de verte doorklinken zoals in Pretty Crimes, een nummer met politiek sausje dat dan verrassend uitloopt in een stukje crossover.
Revolution Comes In Waves is een prima album voor liefhebbers van rock die jongleert met invloeden van punk, hardcore, postpunk, rock en zelfs crossover. Met de vocale prestaties van Izzy – die op emotionele momenten lichtelijk aan Siouxsie Sioux doet denken – als lichtend baken.