Een eigenzinnig drietal enthousiastelingen richtte de organisatie Friends Of Old Time Music op. Old Time Music was de benaming die de grote labels in de jaren twintig gaven aan platen met oude (bekende) liederen, folk, bluegrass, gospels en later ook blues. Ralph Rinzler, later manager van ondermeer Doc Watson en Bill Monroe, John Cohen van de New Lost City Ramblers en Israel Young, eigenaar van een winkel met folkloristische instrumenten, boeken en platen, organiseerden vanaf 1961 een reeks van veertien concerten in New York. Die zouden de stedelingen introduceren aan de "real thing" van de old time music. Virtuoos banjospeler Roscoe Holcomb opende de reeks in de winkel van Young aan de roemruchte Mac Dougal Street. Tijdens de daarop volgende afleveringen werden andere belangrijke musici als Maybelle Carter, Clarence Ashley, Mississippi John Hurt, Bill Monroe, Hobart Smith, The Stanley Brothers en Dock Boggs uitgenodigd. Zo werd van 1961 tot en met 1965 het New Yorkse publiek voor het eerst voorgesteld aan invloedrijke muzikanten die zelf vaak nooit eerder hadden opgetreden voor zo'n groep stedelingen. Deze avonden inspireerde de bloeiende New Yorkse folkscene en zodoende ook namen als Bob Dylan. De uitgekozen selectie van zo'n 55 tracks van behoorlijk heldere kwaliteit, werden tijdens deze afleveringen gemaakt. Ze vormen in dit fraaie pakket, inclusief uitgebreid boekwerk, duidelijk een belangrijke schakel in de popmuziek.