PARADISO

Liefde in de Stad, een project van Paradiso, begon jaren geleden met een actieonderzoek naar liefdesbevorderende kunst in de openbare ruimte. Kunstenaars als Martijn Engelbregt, Theun Mosk, Arno Coenen en DUS architects kregen de opdracht een werk te vervaardigen in de openbare ruimte van Amsterdam dat van (positieve) invloed zou zijn op de stad en haar bewoners. Nu presenteert Liefde in de Stad het resultaat van dit actieonderzoek in boekvorm met een selectie van zeventien, vaak tijdelijke, kunstwerken die allen op geheel eigen wijze de ‘liefde in de stad’ vertegenwoordigen. Het boek verschijnt half juni.

Liefde in de Stad gaat niet per se over de romantische liefde, maar over hoe je je als stadsbewoner verhoudt tot je omgeving, tot elkaar, en hoe hier invloed op uit is te oefenen. Lisa Boersen en Jeldau Kwikkel, programmamakers/curatoren van Liefde in de Stad, zijn ervan overtuigd dat je de openbare ruimte zo kunt inrichten dat die meer of minder uitnodigt tot contact, plezier of bezinning, en dat de waarde van schoonheid ook over welzijn gaat. Vanuit die gedachte zijn de afgelopen jaren verschillende, tijdelijke kunstwerken gerealiseerd. Door deze kunstwerken voor het eerst gezamenlijk te presenteren in een boek wordt bijna woordeloos duidelijk wat Liefde in de Stad heeft willen bewerkstelligen.

Naast de selectie van kunstwerken bevat het boek citaten van Amsterdammers voor wie een werk van speciale betekenis is geweest. Dirk Jan Roeleven vroeg zijn vrouw ten huwelijk bij een van de kunstwerken: “Ik had alle registers opengetrokken: de auto van binnen met hartjes versierd, een mixtape gemaakt, hapjes en liefdeslikeur (‘Volmaakt Geluk’) geregeld en zat op de dag zelf te wachten op mijn vrouw die ik hoog boven vanuit de auto aan zag komen fietsen. […] Toen ze uiteindelijk schoorvoetend via de kofferbak de auto binnenklom zette ik Johnny Cash op (‘Rose of my Heart’) en vroeg haar ten huwelijk.”