Nadat Allman, inderdaad zoon van, toegetreden is tot de Royal Southern Brotherhood brengt hij dit keer een plaat uit zonder deze band of zonder Honeytribe, een gezelschap dat ook een aantal prima platen heeft uitgebracht. Op Turquoise doet hij het alleen, alhoewel gasten uit eerder genoemde bands meespelen op sommige stukken. Datzelfde geldt voor Ron Holloway en Luther Dickinson, die beide een gedegen reputatie hebben. Soulvolle southern rock zonder te vervallen in de categorie ‘spierballen rock’. Opvallend is de Tom Petty cover Stop Draggin My Heart Around: mooi uitgevoerd, fraai nummer maar voegt weinig toe aan Allmans eigen werk. Allman weet met zijn eigen materiaal prima te overtuigen en heeft met Turquoise aangetoond dat hij de naam Allman eer aan doet.