Recensie
"Nie kleurlinge, nie moffies [flikkers, red.], nie." De mannen die zich op een afgelegen farm in het Zuid-Afrikaanse binnenland verzamelen zijn er duidelijk over. Zij zijn witte Afrikaners. Ruig. Dikkig. Behaard. Van middelbare leeftijd. En wit. Ze drinken bier alsof ze zo een rugbywedstrijd gaan bekijken. Het is mooi weer voor een braai. Maar er is iets schichtigs in hun blik. Iets ongemakkelijks. Want ze zijn daar niet bijeengekomen om te socializen maar om te seksen. Mechanisch, lelijk en anoniem.
We hebben die blik eerder gezien in de ogen van hoofdpersoon François. Het was feest. Zijn dochter trouwde. Maar zijn timide ogen vernauwden zich tot die van een roofdier toen zijn oog viel op de mooie jonge rechtenstudent Christian, zoon van een oude vriend, en een beetje flirtend met zijn andere dochter.
Skoonheid, de tweede film van de Zuid-Afrikaanse regisseur Oliver Hermanus, is een film over verlangen en obsessie. Over hoe die ene vonk van jeugd en pure schoonheid ontvlamt in een vuur van lelijke lust. Tegen de achtergrond van de onderdrukking van homoseksuelen in Zuid-Afrika is het vooral een dappere film. Zuid-Afrika mag vorig jaar dan wel het initiatief hebben genomen tot een VN-resolutie voor homorechten, homoseksualiteit is in de samenleving zelf, die een lange geschiedenis van seksueel geweld en intolerantie kent, nog steeds taboe.
Maar Hermanus gaat een stap verder. Want Skoonheid is ondanks kleine hints geen politieke of emanciperende film. De ontluisterende manier waarop hij François' destructieve obsessie met Christian in beeld brengt, inclusief de helse afdaling in de gayscene van Bloemfontein, heeft de intentie om dieper te gaan en existentieel te worden. Al is er voor de toeschouwer geen catharsis. Het laat je achter met een ongemakkelijk gevoel.
Dat gevoel is groter dan nodig omdat de film niet helemaal in al zijn doelen lijkt te slagen. De langzame stijl is cinematografisch, maar de rechttoe-rechtaanshots ontsnappen niet aan het televisiejargon (en bijbehorende dramaturgie), waarin uiteindelijk weinig ruimte is voor de ambiguïteit die aan de personages wordt toegedicht. De manier waarop het bijna verslavende verlangen naar schoonheid ontaardt in een smerig proces van erotomanie is bijvoorbeeld veel beter beschreven (en verfilmd) in Ian McEwans Enduring Love. Iets meer durf om de link te leggen tussen seksualiteit en de repressieve politiek-historische context van Zuid-Afrika had van Skoonheid behalve een intrigerende ook een belangrijke film kunnen maken. (Filmkrant)
We hebben die blik eerder gezien in de ogen van hoofdpersoon François. Het was feest. Zijn dochter trouwde. Maar zijn timide ogen vernauwden zich tot die van een roofdier toen zijn oog viel op de mooie jonge rechtenstudent Christian, zoon van een oude vriend, en een beetje flirtend met zijn andere dochter.
Skoonheid, de tweede film van de Zuid-Afrikaanse regisseur Oliver Hermanus, is een film over verlangen en obsessie. Over hoe die ene vonk van jeugd en pure schoonheid ontvlamt in een vuur van lelijke lust. Tegen de achtergrond van de onderdrukking van homoseksuelen in Zuid-Afrika is het vooral een dappere film. Zuid-Afrika mag vorig jaar dan wel het initiatief hebben genomen tot een VN-resolutie voor homorechten, homoseksualiteit is in de samenleving zelf, die een lange geschiedenis van seksueel geweld en intolerantie kent, nog steeds taboe.
Maar Hermanus gaat een stap verder. Want Skoonheid is ondanks kleine hints geen politieke of emanciperende film. De ontluisterende manier waarop hij François' destructieve obsessie met Christian in beeld brengt, inclusief de helse afdaling in de gayscene van Bloemfontein, heeft de intentie om dieper te gaan en existentieel te worden. Al is er voor de toeschouwer geen catharsis. Het laat je achter met een ongemakkelijk gevoel.
Dat gevoel is groter dan nodig omdat de film niet helemaal in al zijn doelen lijkt te slagen. De langzame stijl is cinematografisch, maar de rechttoe-rechtaanshots ontsnappen niet aan het televisiejargon (en bijbehorende dramaturgie), waarin uiteindelijk weinig ruimte is voor de ambiguïteit die aan de personages wordt toegedicht. De manier waarop het bijna verslavende verlangen naar schoonheid ontaardt in een smerig proces van erotomanie is bijvoorbeeld veel beter beschreven (en verfilmd) in Ian McEwans Enduring Love. Iets meer durf om de link te leggen tussen seksualiteit en de repressieve politiek-historische context van Zuid-Afrika had van Skoonheid behalve een intrigerende ook een belangrijke film kunnen maken. (Filmkrant)