Er zit nog geen zand tussen de raderen van de soepele Amerikaans-Afrikaanse combinatie Africando. Op Viva Africando, het achtste studioalbum van de salsasupergroep, tetteren de trompetten en trombones van de Cubaanse Amerikanen naast de weldadig warme West-Afrikaanse vocalen en gitaren, en lijkt het of de samenwerking nog maar net is bezegeld.
Oude bekenden, van bijvoorbeeld de weergaloze plaat Mandali (2000), komen langs. Amadou Ballaké uit Burkina Faso tekent voor de strakke danshit Deni Sabali, en de Guinese ster Sékouba Bambino (Bembeya Jazz) smeert de machinerie in Doundari, met zijn karakteristieke, bijna timide zangstem.
Echt onweerstaanbaar wordt deze Afrikaanse salsa in het nostalgische, ook al zo verfijnd gezongen Maria Mboka van Congolees Lokombe, een van de nieuwe Africandovocalisten. En dan volgt nog de verrassing van de plaat in Bouré Yayé Diama, een soort tribale oersalsa met de juichende stem van bandleider Médoune Diallo over Senegalese sabartrommels en een bescheiden, maar knappe Afrikaanse jazzgitaar.